Publicatie: 10 oktober 2019
Op 29 mei 2019 heeft de Raad van State beoordeeld dat het Programma Aanpak Stikstof (PAS) in strijd is met de Europese regelgeving. Hierdoor is de vergunningverlening van nieuwe projecten stil komen te liggen. Geschat wordt dat 18.000 projecten door de stikstofcrisis stil zijn komen te liggen. Dit zijn projecten zowel in de woningbouw als in de wegenbouw.
Wat is het probleem?
Er wordt steeds meer stikstof uitgestoten, wat slecht is voor de natuur. Veel natuurgebieden zijn ernstig vervuild. Deze stikstof is voornamelijk afkomstig uit de landbouw, maar ook uit de industrieën, verkeer, huishoudens en voor een klein deel uit de bouw. Ammoniak (NH3, een variant van stikstof) komt vooral van de dieren in de veeteelt, maar ook van (kunst)mest. In de bouw komt de vrijgekomen stikstof voornamelijk uit de machines die tijdens de bouw worden ingezet. Bij de woningen komt de stikstof voornamelijk vrij bij het verwarmen met aardgas.
In de natuur komen stikstofverbindingen ook voor, maar in kleine hoeveelheden. Deze verbindingen zorgen dat planten groeien én het zijn bouwstoffen voor ons lichaam. De natuur produceert zelf ook reactieve stikstofverbindingen: bodembacteriën en plantenwortels vormen stikstof, net als onweersbuien en vulkaanuitbarstingen.
De afgelopen eeuw is de hoeveelheid reactief stikstof op aarde echter verdubbeld. Dit komt doordat ammoniak werd ontdekt: de basis voor kunstmest, maar ook veel andere stoffen zoals explosieven en plastic. Door de uitvinding van kunstmest ging de voedselproductie omhoog en werd de wereldbevolking verviervoudigd.
Doordat er veel stikstof in de lucht zit, zullen de planten die het snelst groeien, brandnetels, grassen en braamstruiken, de traaggroeiers overwoekeren. Als gevolg hiervan zullen er minder insecten leven en dit zorgt weer voor minder voedsel voor de vogels. Daarnaast verzuurt stikstof de bodem, waardoor belangrijke stoffen als calcium uit de bodem wegspoelen.
Voor de mens zijn stikstofoxiden (komt vrij bij de verbranding van fossiele brandstoffen) ook schadelijk. Deze kunnen irritatie veroorzaken aan onze ogen, neus en keel, maar ze kunnen ook leiden tot longproblemen.
Sinds de jaren '90 is de uitstoot van reactieve stikstof meer dan gehalveerd.
Dit komt doordat de auto’s katalysatoren kregen. Mest in de bodem moest worden geïnjecteerd en mestopslagplaatsen moeten worden afgedekt. De industrie innoveert en de landbouwsector past minder kunstmest toe.
Daarnaast moeten varkensboeren filters in de stallen installeren.
Maar ondanks dat de uitstoot is gehalveerd, zit er nog steeds tweemaal zoveel stikstof in de bodem, lucht en water dan de natuur aankan. En... stikstof verdwijnt niet zomaar uit het milieu.
Verschil stikstofproblematiek en CO2 uitstoot
CO2 is een probleem als het om klimaatverandering gaat, het stikstofoverschot is een ander milieuprobleem.
Wat houdt de regelgeving in?
Nederland heeft zich hierbij verplicht om in 2020 niet meer dan 123 kiloton ammoniak per jaar uit te stoten.
In 2010 bedroeg dit plafond nog 128 kiloton ammoniak.
Waarmee moet in de bouw rekening worden gehouden?
Het adviescollege Remkes heeft voor de verschillende sectoren noodvoorstellen gedaan om de uitstoot van stikstof te verminderen. In de bouw is winst te behalen door modulair, energieneutraal, circulair- en natuurinclusief te bouwen en kan er beter gebruikgemaakt worden van de innovatieve technieken en materialen.
Dit geldt ook voor bedrijven die aanleg-, beheer- en onderhoudswerkzaamheden uitvoeren in Natura 2000-gebieden. Er moet worden gestimuleerd om de werkzaamheden emissiearm uit te voeren. Daarom wordt geadviseerd om de aanbestedings- en vergunningsvoorwaarden hierop aan te passen.
Een ander voorbeeld dat wordt gegeven om tijdens de bouw minder stikstof uit te stoten, is om elektrische voertuigen en machines toe te passen. Hierin is alleen nog weinig aanbod en het is nog niet bekend of zwaar materieel wel elektrisch kan.
Met natuurinclusief bouwen wordt bedoeld dat er rekening moet worden gehouden met de vogels en vleermuizen, maar ook met muurplanten, groene daken en groene muren.
Een bestaande maatregel om aan te tonen dat een bouwproject niet bijdraagt aan de negatieve gevolgen van stikstof in de natuur, is de ADC-toets. Projecten die hieraan voldoen, kunnen hiervoor een vergunning krijgen.
Dit komt alleen niet vaak voor. Via de ADC-toets kan alleen toestemming worden verleend ‘als wordt aangetoond dat alternatieven ontbreken (A), er sprake is van een dwingende reden van groot openbaar belang (D) en compenserende maatregelen worden getroffen (C)’. Ook wordt erop gewezen dat bronmaatregelen nodig zijn en dat daarbij geen taboes gelden.
Deze toets is alleen minder bruikbaar bij de woningbouw, omdat het moeilijker aantoonbaar is dat het om een dwingend openbaar belang gaat.
Samenvattend: bij de ADC-toets moet worden aangetoond dat het om een ‘dwingende noodzaak’ gaat, er moet een onderzoek naar alternatieven worden gedaan en de extra uitstoot moet via andere maatregelen worden gecompenseerd.
Voor welke gebieden is de nieuwe stikstof-wetgeving van toepassing?
De wetgeving is van toepassing op de gebieden rond de Natura 2000, dit bestaat uit ruim 160 natuurgebieden in Nederland. Op de onderstaande kaarten zijn deze gebieden aangegeven. In 118 van deze gebieden lijdt de natuur onder de stikstof-uitstoot.
Een project hoeft niet in of naast een Natura 2000 gebied te liggen om voor de natuur schadelijk te zijn. Stikstof kan kilometers verderop neerslaan.
Advies bij aanvraag Omgevingsvergunning
Bij nieuwbouwprojecten worden veel vergunningaanvragen momenteel afgekeurd. De overheid is momenteel in beraad om het besluit aan te passen. Op korte termijn wordt een aangepaste regeling gepubliceerd.
Dit betekent dat voor verduurzamingsprojecten (bestaande bouw) de regeling geen probleem moet zijn. Omdat er wordt verduurzaamd, kan de toename van de emissies voor de uitvoering worden verwaarloosd.
Zeker bij projecten die van het gas af gaan. Het kan zijn dat bij het indienen van een vergunning moet worden aangegeven welke verduurzamingen gaan plaatsvinden en dat dit vergeleken moet worden met de uitstoot van de emissies tijdens de uitvoering.
Bij nieuwbouwprojecten zal dit anders gaan, zeker op terreinen waar nog geen gebouw staat. Er moet duurzaam worden gebouwd, maar duurzamer dan gras of grond wordt het niet. Aangezien de overheid ook inziet dat dit consequenties heeft voor de bouw, is zij aan het kijken waar een versoepeling van de regels kan worden doorgevoerd. Voor grootschalige projecten zal het lastiger blijven dan voor kleinschalige nieuwbouwprojecten.
Bij kleine projecten is het mogelijk om een aantal zaken aan te tonen door middel van een berekening. Bij grote projecten is de kans groter dat er door het maken van berekeningen moet worden aangetoond dat onder de maximale emissies wordt gebleven.
De berekening waar wij het over hebben, is de vernieuwde AERIUS berekening.
Deze moet dus bij sommige projecten bij het aanvragen van de omgevingsvergunning worden toegevoegd.
Dit onderwerp is op dit moment een aandachtspunt in de regering. Waarschijnlijk wordt op zeer korte termijn een en ander versoepeld en/of aangepast.
Conclusie/advies
Overleg vooraf met de betreffende gemeente voordat je gaat indienen wat er aanvullend van ons op het vlak van het stikstofbesluit wordt verwacht. Het kan per gemeente anders zijn.